Winterreise

Januaristormen raasden over het land. Dakpannen vlogen van daken, bomen die al jaren stonden, vielen zuchtend om. Binnen op het podium begon Philippe Herreweghe aan een barre tocht. Hij repeteerde met ons orkest de Mis in Es van Schubert. Elke noot van de muziek en elk woord van de tekst had betekenis en moest begrepen worden. Want zonder begrip geen betekenis, en zonder betekenis geen muziek. ‘U moet begrijpen wat u speelt, anders is het kitsch, begrijpt u?’ Zijn winterse reis ging voetje voor voetje, noot voor noot. Maar de ondragelijke schoonheid van Schuberts muziek moest en zou gestalte krijgen. De aan Schubert gewijde Componistendag, het doel van onze expeditie, begon al op te doemen. ‘Als ik maar niet uitval,’ hoorde ik de oude dirigent mompelen terwijl hij in de zoveelste pauze de trap naar de dirigentenkamer beklom. ‘Eigenlijk had ik in bed moeten liggen, ik ben zwaar verkouden.’ Met een asgrauw gezicht, en in steeds groter wordende zwarte sjaals gehuld, hield hij stand op de bok. In de Mis zitten fuga’s. Ingewikkelde notenconstructies die aan de wetten der kunst moeten voldoen. Midden in zo’n fuga sloeg Herreweghe af en vertelde een verhaal: ‘Schubert wist dat het componeren van fuga’s niet zijn sterkste kant was. Hij bleef erop studeren en volgde lessen. Zelfs op zijn sterfdag had hij een les afgesproken. Maar hij ging niet. Hij was al dood.’ Later ging de storm liggen. Herreweghe begon er weer wat beter uit te zien. Terwijl de orkestleden de stad in waren om te eten, zag ik hem in de foyer zitten. Hij dronk een glaasje champagne. Toen dat leeg was stond hij op. ‘Goede nacht, ik zie u later’, zei hij voordat hij wegliep. Zijn woorden leken opeens uit Schuberts Winterreise te komen.

EINDE

Deel dit bericht

NOG DOORLEZEN?

‘Het past allemaal in elkaar’

Peter Duivenvoorden (72) is beeldend kunstenaar. Hij schildert en geeft schilderles. Daarnaast werkt hij aan een Nederlandse vertaling van de Oorspronkelijke Uitgave van Een Cursus in Wonderen. Machiel Swillens zocht...

Lees Verder >>